zaterdag 9 juni 2018

Engeland - Schotland 2018: Day 11 & 12

Day 11: The Climbing of Ben More

Nog maar een extra nachtje bijgeboekt in Ivybank B & B want na de tocht die vandaag gepland was zouden we niet veel zin hebben om een slaapplaats te zoeken.
De beklimming van de Ben More stond immers op het programma, de enige Munro en tevens hoogste berg op Mull.


Dat was een verrassing want het was de bedoeling om de Sgurr Alasdair op Skye te beklimmen, die zal voor een volgende reis zijn want nu we hier toch zijn en het weer uitzonderlijk goed is gaan we het dak van Mull es opzoeken.
Dit is een minder moeilijke Munro (berg boven de 3000 feet).
Ben More is een uitgedoofde vulkaan die het gemakkelijkst wordt beklommen vanuit Dishaig halfweg de zuidelijke oever van Loch Na Keal.
Een wandeling van 20 kilometer en een hoogteverschil van 966 meter.
We gingen de tijd nemen dus dit zou geen probleem zijn.
Als het te zwaar werd kon Martine ergens halfweg stoppen en de tijd doorbrengen met een boek.
Maar het boek ging deze tocht in de rugzak blijven!
Het is een traditie om in iedere Schotland reis een bergtocht in te lassen.
De vorige keer in 2016, heb ik de Ben Hope bedwongen, een niet alledaagse ervaring:
http://lievernaarhetnoorden.blogspot.com/2016/07/schotland-2016-skye-outer-hebrides-ben_12.html
Je zou natuurlijk een drone kunnen oplaten en wat foto's nemen van bovenaf maar dan mis je toch wel de unieke ervaring van een bergwandeling.


Foto's nemen vanop de top van een Munro is niet mijn sterkste punt, ik slaag er telkens in om de top te bereiken in de wolken, het zou ook nu niet anders zijn. 
Het was niet meer zo zonnig maar de wolken hingen hoog, last van de warmte gingen we niet hebben, wel jammer dat de top niet zichtbaar was en het dus wellicht een klim in de wolken ging worden.
Na de auto achter te laten op de parking aan Loch Na Keal vertrokken we gewapend met een liter water en wat fruit voor een tocht van 7 uur.
Het begin is een gewoon wandelpad, zo begint het meestal...
Even verder stapten we door een groene weide, het pad zichtbaar naast een riviertje die een kleine canyon had uitgesleten in de bergwand (zie foto links boven).
Even rusten aan het water zat er niet in want daar waren die vervelende midges terug. 
Na het riviertje te kruisen werd het steiler ---> ---> ----> ----> ---> ---> ---> ---> --->
Zo zou het verder gaan tot aan de ridge (bergkam).
Vandaar ging het iets minder steil maar was het lastiger stappen doordat het uitsluitend wandelen was op losse stenen.

Even genieten van het uitzicht en de stilte na 1/3 van de klim.
Wat tijdens dergelijke tochten telkens opvalt is de stilte, een gewaarwording die in het drukke België bijna nergens meer te beleven is.
 

Een kompas hadden we niet nodig, je kan hier niet echt mislopen en door het magnetisme van de vulkanische top zou je er toch niets aan hebben.
Aanvankelijk was het een niet zo steile wandeling, alleen de laatste kilometers op de kam zijn wat pittiger maar iedere ervaren wandelaar kan dit aan.
De Alasdair ging ik zonder Martine beklimmen maar deze Ben More stapte ze mee tot aan de top, niet dat het gemakkelijk was maar ik was blij dat ze erbij was en het gehaald heeft.
Een dikke pluim voor haar! 
Geldprijzen zijn er niet aan verbonden, voor het zicht moest je het vandaag ook niet doen, het is voor de persoonlijke voldoening en in de eerste plaats, een wandeling in de indrukwekkende natuur.


Het is fascinerend hoe je met het stijgen de omgeving ziet veranderen, iedere hoogte heeft zijn vegetatie, dat merk je vooral aan de verschillende bloemen.
Het zijn kleine bloemetjes maar je moet ze willen zien staan...


Op een bergwand zonder bomen is een nest maken in een holletje blijkbaar de enige optie voor de vogels.


Martine aan het denken... zou ik mij hier niet beter placeren met mijn boek...


Ze gaf echter niet op en zette door, het wolkendek in, op naar de top!


De top zat helemaal in de wolken, jammer van het uitzicht maar de voldoening die je krijgt, eenmaal je boven staat, is er niet minder om.
De temperatuur was een flink stuk gedaald en een dikke trui was geen overbodige luxe.
Ik had binnenpretjes toen ik aan de landgenoten dacht die nu aan het zweten waren in België bij temperaturen van om en bij de 30°C.
Hier was het heerlijk fris!


Geen echt monument boven, gewoon een hoop stenen, het had wat weg van een cairn.
In het midden had iemand een steen achter gelaten voor haar of zijn mama die zich blijkbaar op een nog hogere plaats verblijft.


We waren om 10:15u begonnen aan de klim, het was 14:30u toen we de top bereikten.
We hadden ruim de tijd om een half uurtje pauze te nemen.
De terugtocht zou iets meer dan 2 uur duren, het gaat tenslotte om een afdaling van 10 kilometer.
Tussen het wolkendek door priemde er af en toe een zonnestraal waardoor we zicht hadden op de nabij gelegen A' Chioch.
Via de ridge van die berg kan de Ben More ook beklommen worden, vooral populair bij klimmers die aan scrambling doen (zonder klimmateriaal over de rotsen klauteren).


Na een uurtje dalen hadden we terug zicht op Loch Na Keal.


 
Het afdalen verliep vlot, ik daalde vlugger af en had dus ruim de tijd om een slak, wat korstmossen en bloemetjes te fotograferen.


Om 17:15 bereikten we de auto, die in het gezelschap was van een kudde schapen.


Op de terugweg passeerden we het dorpje Salen waar we halt hielden voor het avondeten in een Mediterraans restaurant.
De rest van de avond hielden we het rustig, het was onze laatste avond op dit mooie eiland, morgen zouden we doorrijden naar die andere Hebriden parel, Skye

 Jacky De Reviere, 31/05/2018


 Day 12: The Cabin in the Woods

Bij het ontbijt werd er nog even nagepraat over de bergtocht van gisteren.
De gastvrouw wist ons te vertellen dat de traditie het wil dat je de beklimming van de Ben More start met de voeten in het water van Loch Na Keal.
Goed dat ze dit gisteren niet zei of ik zou het nog gedaan hebben ook.

Ze wist ons ook nog te melden dat haar drie kleinkinderen bij aanvang van het schooljaar vanaf het middelbaar, als teambuilding de Ben More beklimmen, het zou goed zijn voor de groepsgeest.
We namen afscheid van de uiterst sympathieke en zorgzame gastvrouw van de Ivybank B & B. 
Langer blijven zou toch niet gekund hebben want het eiland zat het komend weekend volgeboekt met 300 extra fietsers voor de Isle of Mull Sportive, een fietsevent op 3 juni waar er kan gekozen worden voor een fietstraject van 43 of 87 mijl rond het eiland.
Recreatief en sportief fietsen is,
ondanks het er gevaarlijk is, in heel Groot Brittannië aan een flinke opmars bezig, het succes van o.a. Team Sky zal daar wel iets mee te maken. 
Ik nam nog een foto van De Clock Tower, een klokkentorentje dat in het begin van de pier staat.
Dit charmante torentje heeft niet de ambitie om kathedraaltorens naar de kroon te steken en een religieuze bestemming is er niet.
Maar deze klokkentoren middenin Tobermory's Main Street, dwingt toch bij iedere bezoeker respect af.
Isabella Bird, een Victoriaanse schrijfster en wereldreiziger, bouwde de klok in 1905 ter nagedachtenis aan haar zuster Henriëtta die in 1880 op het eiland stierf aan tyfus.
De klokjes zouden nog steeds werken maar ik heb ze toch niet gehoord.
Het was 10:15u, we kochten een ticket voor de overtocht om 11u naar Kilchoan op het Schotse mainland.
Het was een kleine lawaaierige ferry dat aan het huilen en grommen van de motor te horen, al heel wat woelige wateren doorvaren had.
Het was puzzelen met de auto's om iedereen erop te krijgen.
een laatste blik op het eiland met prominent aan de einder, de Ben More, terug van de wolken ontsluierd.

 
Een half uur later stonden we aan de overkant, we reden door naar Mallaig waar we de ferry naar Skye zouden nemen.


Een 2 uur durende tocht door het dun bevolkte bosrijke gebied van West-Schotland.
Ik stopte even om foto's van een telefooncel te nemen.
Het is tragisch dat de ooit zo legendarische rode telefooncellen zo staan te verkommeren.
Her en der worden ze wat geïmproviseerd hergebruikt en hebben ze een herbestemming als mini bibliotheek of hangt er een AED toestel in (automatische externe defibrillator).
Deze staat er doel- en respectloos bij, genegeerd door de inwoners voor wie dit rode hokje in vroegere tijden zo belangrijk was geweest.



13:30u aangekomen in Mallaig, goed op tijd voor de overtocht naar Skye en vandaar zouden we nog es overzetten naar het piepkleine Raasay.
Helaas... de ferry zat vol geboekt, de volgende dan? Vol! 
We zouden bijna 4 uur moeten wachten op een ferry, omrijden via Skye Bridge zou ook bijna 2.5 uur duren...
We besloten om een andere richting uit gaan, ik had wel zin in het hooggebergte van het Cairngorms National Park.
Dus reden we daar naar toe, de afstand voor de terugtocht naar Dover zou dan ook kleiner zijn.
Maar laat ik daar nog niet teveel aan denken, eerst een blik werpen op de kust rond Mallaig:



Tijdens de rit naar Cairngorms lag de Ben Nevis te zonnen met nog een paar lappen sneeuw op zijn kop.



Rond 16u bereikten we Badaguish waar we een pod zouden huren voor twee nachten.


Na het inchecken en inrichten naar keuze van onze Cabin in the Woods
deden we geen wereldschokkende dingen meer.
Onze laatste twee nachten zouden we doorbrengen in de bossen, net als in Slades Farm in Engeland stonden hier ook pods, zij het wel anders ingericht, een keuken en badkamer was er niet.
Daarvoor moesten we naar een gemeenschappelijke lodge stappen, maar ik was daar toch telkens alleen, het was er zeker niet druk.
De zitbanken konden eenvoudig aangepast worden tot slaapbanken zodat er veel plaats was.
Het had een beetje geregend en de pijnbomen lieten hun aroma's vrij, van die heerlijke dennengeur die je ervaart na een regenbui krijg je maar niet genoeg.
We zouden de laatste 2 dagen geen zware inspanningen meer doen.
het was de bedoeling om op Raasay te relaxen, dat gingen we hier dus doen.
Het weer was veranderd, de zon scheen hier maar af en toe en het was iets frisser.
Onze deur moesten we wel dicht houden want vochtig weer en een riviertje in de buurt = midges alert!
Ik hield me nog even bezig met het schrijven aan deze blog.
Martine keek ondertussen even smartphone-gewijs waar we deze avond zouden dineren.
In het nabij gelegen Aviemore hadden we veel keuze.
Het zou Roo's Leap worden, een Australisch restaurant waar we Mexicaans aten met een Schots Cairngorms Gold biertje.
Het eten was er eenvoudig maar lekker en de Roemeense serveerster heel vriendelijk.


Voor het slapen gaan nog even wandelen aan Loch Morlich:


Jacky De Reviere 1/06/2018

Geen opmerkingen:

Een reactie posten